Zes auteurs presenteren vanuit verschillende perspectieven hun kijk op verbeelding, geestelijke verzorging en psychiatrische zorg. Wouter Kusters belicht de tijdsbeleving in een psychose. Hij neemt ons mee in een verwarrende, beklemmende én fantastische wereld. Jan Hein Mooren gaat in op de betekenis van verbeelding binnen de geestelijke verzorging. Mensen vormen zich een ‘ultieme omgeving’ met de verbeelding als aansturende kracht. Jannemiek Tukker brengt haar voormalige psychotische werkelijkheid via de beeldende kunst op ons over. Haar werk plaatst ze in de context van de outsider art en het lineairisme. Klaas IJkema noemt verbeelding de stuurmanskunst van de ziel. Het helpt de mens zich te verhouden tot de hoogte- en dieptepunten van bestaanservaringen. Sam Gerrits gidst de lezer door de wereld van de waanzin. Met humor belicht hij de positie van ‘waanzinnigen’ in andere tijden en culturen. Hij vergelijkt dat met onze manieren van omgang met psychotische patiënten. Jan Dirk Blom, ten slotte, toont hoe moderne techniek de hallucinatoire hersenactiviteit zichtbaar maakt en beïnvloedt. Hij legt de betekenis ervan uit voor ons begrip van verbeelding.
Dit boek bevat de bewerkte lezingen van het op 29 november 2007 in Delft gehouden symposium ‘Wat een Verbeelding…, 600 jaar JorisKapel en Geestelijke Verzorging’. De bezoekers waren zowel psychiaters, geestelijk verzorgers en verpleegkundigen als leden van cliëntenorganisaties en belangstellenden van buiten de geestelijke gezondheidszorg. Deze bundel is bedoeld voor een breed publiek.
